2, Reize naar de Oofl-Indïên en China. uitvinders geweest. In het eerst bragten zy die in deeze gelukkige gewesten in zwang, alwaar zy de wetgeevers en priesters waren ; maar weldra verbreidde zig, de roem hunner wysheid over de gcheele wereld, en de Wysgeeren van alle volke ren wilden hunne leerlingen wezen: alles aan de begeerte naar kundigheden opofferende, begaven zy zig in menigte onder de Indiaanen, en toén zy zig de beginzelen en de zedekunde der Braclmaa- nen eigen gemaakt hadden, bragten zy die naar hun vaderland, alwaar zy dezelve invoerden en voort- planteden (a). Zoeken wy naar geenen anderen oorfprong van het fchrander uitgedagt leerffuk der zielsverhui zing, dat Pythagoras in Italië bragt: Vichenou hadt het in Indie ingevoerd, en Pythagoras nam het (a) De gefchiedenisfen zeggen ons dat de Egyptenaars met de Indiaanen handel dreeven; dat de Grieken en Ro meinen hunne verdigtzelen en hunne voornaamfte godsdien- ftige gebruiken van de Egyptenaaren ontleend, en dat de Jooden zelve een gedeelte hunner leerftukken van dat oud volk ontvangen hadden. Men zie de verhandeling van den Heer Schmit over eene Egyptifche volkplanting, die zig in Indie heeft nedergezet, welke door de Akademie der Op- fchriften en fraaie letteren is bekroond geworden ; gelyk ook de Historie van den Koophandel en Scheepvaart der Egyptenaaren door den Heer Ameilhon, en de Wysgeeri- ge Nafpeuringen over de Egyptenaaren en C'nineezen van den Heer de Paw.