ZJ.-lT. ÖoUuv. vom Verfasser anfgezelohnet) V.de L’leijere, De Tooverij in Vlaan ■ eren_ (in he äerlandsch Tijdschrift voor Volkennone ?4 (••-.■- Tegen het dikstaan der koeien. Ik h.Q’i; g nr s een krui;/ - n ega.an, , 5k. zag da. r e\. blijde moeder stac.n; jk sprak die blijde moeder aan: “^aar gaat ’gij naar toe? irr"rr- ; naar (hier naam van e koe) TZäer hert verdrukken, het bloed ul tz ui gen» Ik aprak halt, blig.de moeder, die mizsien zign f;edaon en de evangelinten ■ daaroyer gelezen en die böest is~gezege'nd"'en“_2S± nezen. VO !